Instapeisen
- Het grasland is ouder dan 20 jaar en de afgelopen 20 jaar niet geëgaliseerd, gefreesd, gespit, geploegd of gescheurd.
- Overal op het perceel zijn minimaal 10 inheemse soorten grassen en niet-veredelde kruiden aanwezig per 25 m2 (zie meetmethode kruidenrijkdom).
- Uitsluitend hele percelen zijn toegestaan (niet alleen randen).
Beheervoorschriften
- Aanwezige nesten en/of kuikens beschermen door ze te ontzien van alle landbouwkundige bewerkingen:
- aantoonbaar zoeken naar de nesten (er is een nestregistratie aanwezig)
- tenminste minimaal 50 m2 rondom gevonden nesten niet maaien
- alleen overdag bij voldoende daglicht maaien
- Per maaibeurt minimaal 10% van de oppervlakte niet maaien (ook de laatste snede voor de winter).
- Niet bloten na beweiding.
- Jaarlijks minimaal één keer 90% van het perceel maaien en afvoeren.
- Niet inzaaien en doorzaaien (met bijvoorbeeld gras(klaver)mengsel).
- Chemische onkruidbestrijding alleen pleksgewijs (max 10% van de oppervlakte) voor haarden van probleemonkruiden, zoals akkerdistel, jacobskruiskruid, brandnetel, krulzuring en ridderzuring. Glyfosaat is niet toegestaan.
Advies
- De ligging van het niet-gemaaide deel mag per maaibeurt rouleren.
- Liefst terughoudend bemesten (voor een grotere kruidenrijkdom), en dan liefst met ruige mest.
- Liever geen kunstmest gebruiken (kunstmest vermindert de diversiteit van kruiden en grassen).
- Meer informatie? Zie Goud van Oud Grasland.